Zoeken
Overzicht
Print linkerkant
Print rechterkant
Print beide zijden
1 11 VERHALEN OVER MULTI- EN INTERDISCIPLINAIR ONDERWIJS 1+1=3! 2 Voorwoord Verhalen Eten anno 2050 Avans Innovative Studio Interprofessioneel samenwerken Geluk is besmettelijk Innovation & Creativity Chance Student in Bedrijf Learning Communities Interdisciplinary Consultancy Avans MD Incubator Avans Multidisciplinary eXperience Contact en colofon | 3 | 4 | 7 | 9 | 12 | 15 | 17 | 19 | 21 | 24 | 26 | 29 | 32 Inhoudsopgave 3 In de visie van Avans Hogeschool horen multi- disciplinaire leerervaringen thuis in toekomst- bestendig hoger onderwijs. In de praktijk houden vraagstukken zich ook niet aan de grenzen van de eigen discipline en op die praktijk willen we onze studenten voorbereiden. Gezamenlijk hebben de academies zich eraan gecommitteerd dat in 2020 elke student in zijn/haar opleiding tenminste één multidisciplinaire ervaring opdoet. In de afgelopen periode hebben we inderdaad op meerdere manieren ervaring opgedaan met het werken met groepen studenten uit verschillende disciplines. Dat gebeurde in Avansbrede projecten zoals AvansExtra, Avans Multidisciplinary eXperience en Avans Innovative Studio. Maar ook op initiatief van academies. Deze ervaring leert ons onder meer, dat je beter kunt spreken van interdisciplinaire leerervaringen. Studenten dragen namelijk niet alleen vanuit hun eigen discipline bij aan een vraagstuk. Het doel van deze leerervaringen is meer dan dat. Studenten leren kijken vanuit verschillende disciplines, ze gebruiken elkaars kennis en komen samen tot rijkere inzichten en oplossingen. Het programma Avans Extra nam het initiatief om de praktijken binnen Avans in beeld te brengen. We begonnen met het ophalen van de verhalen van 11 ervaringsdeskundigen. In deze bundel brengen we hun ervaringen samen. Het zijn persoonlijke en inspirerende verhalen geworden die we graag delen met anderen binnen Avans. Omdat we veel kunnen leren van elkaars ervaringen. Lidwien Jacobs Programmamanager Avans Extra VOORWOORD 4 Anita Korporaal en Bas Vogelsangs werkten samen aan het project Eten anno 2050. Hij was coördinator en docent, zij onderwijskundige vanuit het Leer en Innovatie Centrum. Bas : “Binnen Avans vinden wij multidisciplinariteit heel interes- sant. In het bedrijfsleven hoor je er bijna niemand over, omdat daar nu eenmaal alles multidisciplinair is. Omdat elke student straks in een multidisciplinaire omgeving terechtkomt, vinden wij ook dat dit in het onderwijs thuishoort. Daarom zijn we dit project gestart. 4 opleidingen doen eraan mee: Academie voor Marketing en International Business, Communicatie & Multimedia Design, Small Business en Retail Management en Mens en Techniek | Gezond- heidszorgtechnologie. Overigens was multidisciplinair werken het middel, het doel was de wereld van eten in 2050 te schetsen. Dat gebeurde in 2 delen. In het eerste deel onderzochten de studen- ten wat en hoe we in 2050 eten. In deel 2 ontwikkelden ze een visie voor Atag. Gedurende een semester kwamen ze elke donderdagmiddag bij elkaar.” EVENWICHTIGE GROEPEN Anita : “In de eindopdracht kun je de verschillende disciplines nog wel onderscheiden. Iedereen levert een bijdrage vanuit zijn eigen expertise. Daarom is het een multidisciplinair project, niet inter- disciplinair. We deden dit samen met 4 academies. Het was best lastig om alles tussen die partijen af te stemmen. Voor sommige studenten was het verplichte kost, anderen mochten vrij inschrij- ven. Daardoor kreeg je verschillende aantallen en daardoor konden we niet allemaal evenwichtige groepen samenstellen. Opleidingen zitten redelijk strak in hun programma. Ze hebben bijvoorbeeld leerdoelen per blok vast staan. Als je dan met verschillende opleidingen aan een project wilt werken, is het lastig om aan alle leerdoelen te voldoen. Dat was de grootste uitdaging in dit project. Al die verschillen samenpakken en dan een gemeenschappelijk project definiëren.” BANALE ZAKEN Bas: “Het liefst zouden we onze hele populatie laten meedoen, maar je loopt al snel tegen banale zaken aan als gebrek aan BETREK EEN ONDERWIJSKUNDIGE BIJ DIT SOORT PROJECTEN 5 werkruimtes. Tijdens de bijeenkomsten begeleiden docenten hun eigen groepjes, maar andere studenten mogen ze natuurlijk ook om advies vragen. Dan moet je wel allemaal op dezelfde plek zijn. Het was al moeilijk om voor deze groep een geschikte ruimte te vinden, laat staan als je voor 400 man een werkplek zoekt. Het inroosteren van docenten bleek ook best lastig te zijn. Dat soort praktische zaken zijn allemaal op te lossen, maar kosten relatief veel energie.” Anita: “In de toekomst willen we meer vanuit blended learning werken. We gaan dan meer gebruik maken van ICT, dan ben je ook minder afhankelijk van zaken als werkruimtes.” VOLGENDE EDITIE Bas : “Inmiddels zijn we alweer bezig met een volgende editie. Onze ervaringen uit Eten anno 2050, nemen we daarin mee. In het volgende programma gaan we de competenties voor het multidisciplinair project en de opleiding specifieke com- petenties anders verdelen. We beginnen dan met een multi- disciplinair blok en in het volgende blok gaat iedereen aan de slag met de aanvullende eisen vanuit zijn opleiding. Dat liep nu door elkaar. Studenten werkten tegelijk aan de doelen van het programma en de aanvullende doelen van hun opleiding. Dan zag je weleens dat een student zich terugtrok uit een groepje omdat hij voor zijn opleiding nog zaken moest afwerken. Dat is juist niet de bedoeling van een multidisciplinair project. Deze nieuwe opdeling geeft ook weer wat meer ruimte om het programma in te passen in een opleiding.” ETEN ANNO 2050 Start: 2018 Dit is het: Een multidisciplinair project waarin de wereld van eten in 2050 werd geschetst. Studenten werkten aan een groeps- opdracht en aan een individuele opdracht. Daarnaast waren er zoge- naamde boost sessies met gastsprekers, trainingen of sessies met de opdracht- gever. Aantal studenten: 36 Aantal disciplines: Minstens 4 Tips Anita: “Maak goede afspraken tussen de verschillende opleidingen over wat je wilt gaan doen en begin op tijd.” Bas: “Wees flexibel. Je experimenteert, hier gebeuren dingen die je niet had voorzien. En betrek een onderwijskun- dige bij dit soort projecten. Docenten praten altijd vanuit enthousiasme. Een onderwijskundige zorgt ervoor dat het stevig staat.” 6 “ In de toekomst willen we meer vanuit blended learning werken. We gaan dan meer gebruik maken van ICT, dan ben je ook minder afhankelijk van zaken als werk- ruimtes. Anita Korporaal BIJDRAGE LEVEREN Anita : “Ik ben een groot voorstander van academie- overstijgende onderwijsactivi- teiten. Binnen dit multidiscipli- naire project werken we als LIC- onderwijskundigen van de 3 deelnemende academies samen. Wij bekijken: hoe zorg je er nu voor dat studenten zich ook werkelijk ontwikkelen binnen het multidisciplinaire onderwijs en we geven advies over de toetsing? Ik vind het mooi daar een bijdrage aan te kunnen leveren.” Bas : “Anita en ik hebben al vaker soortgelijke projecten gedaan. Zij kan goed borgen en door een andere bril kijken. Ik ben van het ondernemende en van de ideeën. We vullen elkaar goed aan. Ik denk dat we studenten met dit type onderwijs beter voorbereiden op hun professionele omgeving. Als je nog nooit in zo’n setting gewerkt hebt, kan dat best lastig zijn.” 7 Bart Kapteijns is projectleider van het nieuwe onderwijs- concept Avans Innovative Studio. “In de Cultuur Haven Veghel is een proeffabriek ingericht. Hier vind je hippe voedingswinkels en leuke horecazaken. De ZLTO, de vereniging voor boeren en tuinders, wilde zich daar ook vestigen. Aan onze studenten de vraag hoe ze hun ruimte het beste konden inrichten. Daar kwamen 5 verschillende ideeën uit. Zo stelde 1 team voor de ruimte in verdiepingen in te richten, als een soort Droomvlucht van de Efteling. Een ander team kwam met een paintball-achtig concept, waarin boeren, supermarkten en consumenten met elkaar strijden. Opdrachtgevers zijn soms zo enthousiast over onze ideeën, dat ze willen dat we het verder uitwerken. Dat doen we niet. Onze minor draait echt om het genereren van ideeën. Haalbaarheid is geen criterium. Op die manier kun je je gedachten de vrije loop laten. Als je dan vervolgens maar een deel van je concept kunt realiseren, heb je vaak al meer bereikt dan wanneer je met vooraf opgelegde beperkingen zou werken. Binnen dit onderwijs mag je fouten maken. Je leert juist veel van een project dat mislukt. Als je alles al kunt, heb je waarschijnlijk niets nieuws geprobeerd. SUCCESFACTOREN In dit onderwijs werken de studenten in verschillende interdiscipli- naire samenstellingen aan een vraagstuk. Ze zijn met 4 man en hebben intensief contact. Ze zijn dagelijks aanwezig van 9 tot 3. Dat is ook een van de succesfactoren. Binnen die groepen heb je altijd studenten die meer weten dan een ander. Daar maken we handig gebruik van. Mensen helpen elkaar spontaan. In het reguliere onderwijs komt dat veel minder vaak voor. ANIMATIES Het is de bedoeling dat de deelnemers met zoveel mogelijk verschillende mensen werken. Elke 2 weken wisselen de groepjes. Dan zoeken ze ook echt nieuwe partners op. Zo van: ‘Ik wil een keer met jou, want ik heb jou leuke dingen zien doen.’ We hebben nu iemand in de groep die animaties maakt. Die is erg populair. GAAF DAT STUDENTEN ANDERE KEUZES DURVEN MAKEN 8 AIS is bijna transdisciplinair. Die animaties willen ze bijvoorbeeld allemaal zelf gebruiken binnen hun vakgebied. Na afloop van het half jaar kunnen ze allemaal overweg met Adobe en met de laserprinter. OUT-OF-THE-BOX Je ziet de studenten groeien. De resultaten van de laatste studio’s zijn vele malen innovatiever en out-of-the-box dan die van de eerste studio’s. Dat gaat sneller dan in het reguliere onderwijs. Ze maken beter gebruik van elkaar. Ze leren luisteren naar de ander. De studenten zijn zonder uitzondering enthousiast. De evaluaties zijn bijna absurd. Ze zeggen: ‘Ik heb hier meer geleerd dan de eerste 3 jaar.’ Dat wil ik meteen ontkrachten. Als ze in de eerste jaren niets hadden geleerd, konden ze hier ook niets toepassen. MEEDENKEN EN BRAINSTORMEN Als docent krijg je in dat half jaar een heel ander contact. Je treedt op als coach en mag meedenken, maar je gaat niet vertellen wat ze moeten doen. Vandaag heb ik een groep geadviseerd die vastliep. Nadat ze mij hadden gesproken, hebben ze ook een andere docent om advies gevraagd. Uiteindelijk hebben ze zijn raad opgevolgd. Ik vind het gaaf dat studenten andere keuzes durven maken. Als docent moet je afstappen van je voetstuk. Je moet luisteren naar studenten en het niet erg vinden als dingen fout gaan. Een student hoeft niet alles te weten wat een docent weet. Binnen zo’n minor ben je meer bezig met de vorming van mensen dan met lesgeven. Paul Rüpp heeft daar ooit de term Bildung voor gebruikt. Ik vind dat een jeukwoord, maar dat is wel wat het is. Onze deelnemers gaan op een andere manier weg dan ze zijn binnengekomen. Ik vind het mooi om daar een bijdrage aan te leveren. Dat was trouwens geen doelstelling. Je kunt niet in Bildung lesgeven, je vormt studenten door ze het goede voorbeeld te geven.” AVANS INNOVATIVE STUDIO Start: 2016 Dit is het: In groepjes van 4 werken studenten uit verschillende disciplines gedurende een half jaar aan innovatieve oplossingen voor bestaande vraagstukken. Elke 2 weken krijgen de studenten een nieuwe groep en een nieuwe opdracht. Aantal studenten: gemiddeld 200 per jaar Aantal disciplines: Ongeveer 20, van 6 hogescholen Tips “Begin gewoon. Je hoeft van tevoren echt niet alles te weten. Laat studenten en docenten weten dat ze fouten mogen maken. Dan durven ze mee te denken. En ga actief de boer op om steun te krijgen voor je onderwijsconcept. Zorg ervoor dat mensen zich committeren.” 9 Carel Martens ontwikkelde samen met collega’s van de werkgroep IPS het vak Interprofessioneel samenwerken voor de Academie voor Gezondheidszorg. “Onze gezondheidszorg wordt dusdanig complex dat je er niet meer komt met monodisciplinaire oplossingen. Toen ik werkte als fysiotherapeut, merkte ik al dat de oorzaak van fysieke proble- men heel divers kan zijn. Bij klachten moet je ook altijd naar de omgeving van een patiënt kijken. Die gedachte hebben we ondergebracht in het vak Interprofessio- neel samenwerken (IPS). Juist omdat samenwerking belangrijk is voor het werkveld, hebben we ervoor gekozen multidisciplinair samenwerken in te bedden in het curriculum. De opleidingen Fysiotherapie, Mens en Techniek en Verpleegkunde doen mee aan IPS. 3 jaar geleden zijn we gestart met een academie brede pro- jectweek voor alle eerstejaarsstudenten van de Academie voor Gezondheidszorg. Dit vindt plaats in periode 3. Het gaat erom dat studenten een multidisciplinaire ervaring opdoen. Ze werken in groepjes aan een casus. Een voorbeeld: Een meisje met diabetes type I, vind het moeilijk om trouw insuline te spuiten. Daardoor heeft ze veel zogenaamde hypo’s en hypers: een te lage en te hoge suikerspiegel. Hoe kunnen zorgverleners dit samen oplossen op zo’n manier dat het belang van het meisje centraal staat? CREATIVITEIT Aan het einde van de week geven de groepjes een presentatie en ieder houdt een individuele reflectieve pitch. Dit mag geen Powerpoint of Prezi zijn, dus dat vraagt ook nog wat creativiteit. Het is leuk om te zien wat ze daarvan maken. In jaar 2 schalen we op en gaan studenten aan de slag met een praktijkprobleem. Dat is bij voorkeur een overstijgend probleem, lichaamsbeweging bij ouderen bijvoorbeeld. In jaar 3 en 4 werken we ook buiten het gezondheidsdomein samen. Dat doen we met de opleidingen Social Work en de Pabo. LOBBYEN In ons domein is samenwerking geen doel op zich, maar een middel om efficiënte en kwalitatief hoogstaande patiëntzorg te bieden. Het gaat erom dat zorgverleners met elkaar leren JE ONTKOMT ER NIET AAN SAMENWERKING TE ZOEKEN MET ANDERE PROFESSIONALS 10 communiceren en zaken met elkaar afstemmen. Zo voorkom je dat een patiënt bij 5 hulpverleners op gesprek moet en van elk van hen een ander behandelplan meekrijgt welke elkaar soms tegenspreken. In het begin heb ik best veel moeten lobbyen om mensen te overtuigen. Als je met meerdere opleidingen samenwerkt wordt het vaak exponentieel lastig om dingen te organiseren. Elke academie werkt met zijn eigen regels en systemen, dat matcht niet altijd. Het meeste werk zat hem in de feitelijke organisatie: lokalen reserveren en docenten inroosteren. KRITISCHE VRAGEN Los daarvan is interprofessioneel samenwerken gewoon heel erg leuk. Het geeft me altijd een warm gevoel als ik zie hoe studenten met elkaar bezig zijn. Zij doen het gewoon en houden er ook nog vriendschappen aan over. De meest kritische vragen komen van collega’s. Dit type onderwijs vraagt meer improvisatievermogen van de docent. Dit jaar hebben we extra ingezet op docentprofessionalisering. Dat doen we door kennisdeling en bijeenkomsten te faciliteren. Bij blok 1 zijn grofweg 40 docenten betrokken. Die moeten allemaal geschoold worden. Daarbij vind ik het belangrijk dat docenten zelf ook multidisciplinair werken. We kunnen wel leuk voorschrij- ven dat studenten multidisciplinair geschoold moeten worden, maar als wij van elkaar niet weten wat we doen, brengen we het zelf niet in praktijk. Dat gaan we de komende periode vormgeven. MEGATEMPO De wereld om ons heen verandert in een megatempo. We moeten studenten actuele vaardigheden aanreiken. Binnen de zorg kan het nooit meer voldoende zijn om vanuit 1 perspectief te kijken. Als je echt klantgericht wilt werken, ontkom je er niet meer aan samenwerking te zoeken met andere professionals. Daarom is het zo belangrijk dat wij dit aanbieden.” INTERPROFESSIONEEL SAMENWERKEN Start: 2015 Dit is het: Gedurende hun opleiding volgen studenten van 3 opleidingen van de Academie voor Gezondheidszorg op gezette tijden een gezamenlijk programma. Daarbinnen werken ze in multidisciplinaire groepjes aan een casus. Het eerste jaar begint met een multidiscipli- naire ervaring. Naar het einde van de opleiding wordt dat steeds verder opgeschroefd. Aantal studenten: In 2018/2019 1.200 in totaal Aantal disciplines: 3. In het derde en vierde jaar 5. Tips “Denk goed na over het waarom van multi- disciplinair onderwijs. Hoe duidelijker je dat hebt, hoe makkelijker het is mensen te over- tuigen van de noodzaak. Zorg dat je draagvlak hebt vanuit de directie. En zorg dat je goed in de materie zit voor je er ruchtbaarheid aan geeft. Wees erop voorbereid dat je weerstand krijgt.” 11 “ Interprofessioneel samenwerken is gewoon heel erg leuk. Het geeft me altijd een warm gevoel als ik zie hoe studenten met elkaar bezig zijn. Zij doen het gewoon en houden er ook nog vriendschappen aan over. Carel Martens 12 Desiree America is docent in de honoursmodule Geluk is besmettelijk. Ze begeleidde ook de minoren Innovatief ondernemen en Biobased technology and business develop- ment. “Het raakt me altijd als studenten aan het einde van zo’n lesperiode zeggen dat multidisciplinair samenwerken aanvankelijk moeilijk was. Dat het voor problemen zorgde maar dat ze uiteindelijk daar het meeste van hebben geleerd en het meeste plezier aan hebben beleefd. Ze zien dat ze door multidisciplinair samen te werken tot een kwalitatief betere oplossing zijn gekomen. Beter dan wanneer ze alleen vanuit hun eigen gezichts- punt hadden gewerkt. Multidisciplinair werken is een belangrijke 21st century skill. Binnen de minoren en het honoursonderwijs zie ik duidelijk dat studenten met verschillende achtergronden elkaar vooruithelpen. In het begin gebruiken ze hun eigen werkvormen en pakken ze problemen op een vertrouwde manier aan. Ook de zaken die ze opleveren verschillen vaak. Bij de ene opleiding is dat een rapport, bij de andere een presentatie. Dat soort zaken wisselen ze met elkaar uit en daar worden ze beter van. Studen- ten staan ervoor open om een keer iets anders te doen. Ze willen van elkaar leren en deskundigheid bij elkaar zien. Als het hun lukt om door de bril van een ander naar een vraagstuk te kijken, kunnen ze van 1 en 1 3 maken. GEMEENSCHAPPELIJKHEID Als docent probeer je daarop te sturen. Wat ook heel belangrijk is, is dat je binnen een multidisciplinair team gemeenschappelijk- heid moet vinden. In een monodisciplinair team denkt vrijwel iedereen hetzelfde. Je kunt van start gaan zonder al te veel tijd te verliezen. Binnen een multidisciplinair team kan dat niet. Als docent moet je ervoor zorgen dat de deelnemers elkaar leren kennen. Dan voelen ze zich veilig en worden ze productief. VERSCHILLEN MOET JE ZEKER NIET WEGPOETSEN “ Jong geleerd is oud gedaan, daarom moeten we multi- disciplinair werken aanbieden in het onderwijs. Het is heel raar om daar pas mee te beginnen als je gaat werken. Desiree America 13 VERWONDERING EN INTERESSE Daarna moet iedereen aan bod komen. Wat je zeker niet moet doen, is verschillen wegpoetsen. Iedereen moet de tijd krijgen zijn visie neer te leggen. Als alle deelnemers naar elkaar luisteren, hopelijk met verwondering en interesse, komen daar de mooiste dingen uit. Binnen het multidisciplinair onderwijs ben je meer coach dan docent. Als docent ben je gewend je stempel te drukken, maar dan gebeurt er niks. Als studenten denken dat het op jouw manier moet, dan doen ze het ook op jouw manier. GELUKKIG De doelstelling van de module Geluk is besmettelijk was studen- ten op te leiden voor het leven. We doen alles om gelukkig te worden. Het leek me goed te laten zien dat je daar ook invloed op kunt hebben. Werken met multidisciplinaire groepen is niet moeilijk. De studenten zijn in het algemeen ook enthousiast. Sommige praktische zaken maken het moeilijk. Soms word je het niet eens over de leerdoelen of over de manier van toetsen. En ruimtes regelen is altijd een gedoe. Dat zijn zaken die veel energie kosten. JONG GELEERD Ik denk dat het belangrijk is zulke organisatorische struikelblokken op te ruimen. Verder moeten we binnen Avans veel initiatieven op het gebied van multidisciplinariteit de kans geven en ervan leren. Steeds meer mensen zien dat je de problemen van deze wereld nooit monodisciplinair kunt oplossen. Jong geleerd is oud gedaan, daarom moeten we multidisciplinair werken aanbieden in het onderwijs. Het is heel raar om daar pas mee te beginnen als je gaat werken.” GELUK IS BESMETTELIJK Start: 2017 Dit is het: Een honoursmodule binnen het pro- gramma Chance. Studenten van verschil- lende academies laten zich uitdagen op terreinen die niet per se met hun vakgebied te maken hebben. Aantal studenten: In het eerste jaar 8, in het tweede 14 Aantal disciplines: Minstens 5 Tips “Neem de tijd om elkaar te leren kennen. Weet dat deze manier van werken meer moeite kost, maar tot betere en creatie- vere oplossingen leidt. Dat is heel veel waard.” 14 15 LEG DE LAT ZO HOOG MOGELIJK Koen Demouge ontwikkelde de minor Innovation & Creati- vity en was daarbinnen docent. Daarnaast was hij zijdelings betrokken bij de International Challenge Week. “De minor Innovation & Creativity is mijn jaarlijkse uitstapje uit het reguliere onderwijs. Het is echt een uitje. Het is leuk om te werken met mensen met verschillende achtergronden. Ik steek daar zelf ook nog veel van op. We hebben deze minor niet opgezet omdat we zo nodig iets multidisciplinair wilden doen. De insteek was studenten van andere academies, van andere hogescholen en uit andere landen kennis te laten maken met innovatie en creativiteit. Toen de minor draaide, hebben we pas bekeken wat multidisciplinariteit oplevert voor de student en voor de opdracht. Studenten werken nu vanuit verschillende disciplines en vanuit verschillende culturen samen aan een opdracht. Dat geeft een veelzijdige uitkomst. Zo leren ze dat er meer invalshoeken zijn dan alleen die van hen. Ze leren zich open te stellen voor perspectie- ven van andere disciplines en andere culturen. Iedereen profiteert daarvan, ook de docent. GERENOMMEERDE BEDRIJVEN In Innovation & Creativity werken studenten in groepjes van 5 aan een oplossing voor een bestaand probleem. Ze moeten het ontwikkelen, het concept omzetten in een merk en het lanceren. We krijgen aanvragen van gerenommeerde bedrijven zoals SAP, Brand Loyalty en KLM. De opdrachten zijn heel gevarieerd. Al doende hebben we geleerd dat de uitdaging voor de studen- ten zo groot mogelijk moet zijn. Op voorhand denk je misschien dat je zo laag mogelijk moet insteken, omdat iedereen een ander kennisniveau heeft. Dat is een misvatting. Je moet de lat juist zo hoog mogelijk leggen. Omdat studenten bepaalde kennis missen, gaan ze op zoek naar informatie. In literatuur, bij elkaar of bij docenten. Ze moeten wel samenwerken, want alleen komen ze er niet uit. Op die manier bereik je mooie resultaten. GEEN ENKELE MOEITE Het kost ons geen enkele moeite een multidisciplinaire groep aan te trekken. Buitenlandse studenten weten ons ook goed te vinden. Er zijn wel relatief veel business studenten, maar we slagen er altijd in teams samen te stellen die uit meerdere 16 disciplines bestaan. Daarin willen we zo ver mogelijk gaan. Natuurlijk is er sprake van multidisciplinair als een student informatica samenwerkt met een student techniek, maar het wordt pas echt spannend als een elektrotechneut met een financieel student moet werken. Zo leer je nieuwe werelden kennen. INFORMEEL LEREN Onze minor hangt tussen interdisciplinair en transdisciplinair in. De deelnemers hebben elkaar nodig om verder te komen. En soms passen ze de kennis of vaardigheden van een ander toe in hun eigen vakgebied. Overigens gebeurt dat niet alleen binnen de opdrachten. Ze leren ook veel informeel. Het leer- proces vindt niet alleen voor mijn ogen plaats. Binnen multidisciplinair onderwijs moet je als docent zelf ook openstaan voor de invloed van anderen. Je moet er rekening mee houden dat je met verschillende disciplines te maken hebt. Om zo’n proces goed te begeleiden, moet je kunnen schakelen tussen de verschillende niveaus van studenten. AFSPIEGELING Ik zou het mooi vinden als Avans een betere afspiegeling wordt van de praktijk. Onze studenten gaan straks allemaal multidiscipli- nair aan de slag. Daar kunnen we ze maar beter goed op voorbereiden. Het belangrijkste is volgens mij dat we daarin geen angst hebben. Ga de uitdaging aan en leer ervan. Haal iets op en deel het met elkaar.” INNOVATION & CREATIVITY Start: 2012 Dit is het: Een minor vanuit de Academie voor Ondernemerschap, Marketing en Innovatie. Studenten werken in internatio- nale, multidisciplinaire groepjes van 5 tot 6 man. Ze zoeken een oplossing voor een bestaand probleem van een gerenom- meerd bedrijf. Ze werken hun concept uit, bouwen een merk en lanceren hun idee. Aantal studenten: Gemiddeld 50 Aantal disciplines: Ongeveer 10 Tips “Maak het zo uitdagend mogelijk en vertrouw op het proces. Kauw niet alles tot achter de komma uit. Multidisciplinari- teit komt tot bloei als studenten moeten zoeken naar informatie. Dat kan mooie uitkomsten geven.” 17 Lidwien Jacobs is projectleider van Chance. Hierbinnen treedt ze ook op als Honoursdocent. “Persoonlijk had ik al veel met multidisciplinariteit. Ik ben onder meer opgeleid als meubelmaker, communicatiewetenschapper en productontwikkelaar. Ik vind het leuk om verbanden te leggen tussen die verschillende vakgebieden. Maar ik mag ook graag vanuit de zeilsport oplossingen bedenken voor leiderschap en HRM-beleid. Binnen Chance wilden we met multidisciplinaire groepen werken. Als projecteigenaar Excellente student leverde ik een bijdrage aan het beleid 2016. Op basis daarvan stelden we voor ambitieuze studenten bij elkaar te brengen. Dat deden we binnen Chance. In de eerste editie was het programma alleen toegankelijk voor studenten uit het economisch domein. Inmiddels is het domein overstijgend en zijn er zo’n 20 disciplines bij betrokken. INTERDISCIPLINARITEIT We wilden dat studenten kennisnamen van andere disciplines en van elkaars inzicht. Interdisciplinariteit was een conditie. Het gaat verder dan een multidisciplinair projectgroepje waarbinnen iedereen zijn eigen bijdrage heeft. Bij evaluatie bleek dat ook een van de succes- factoren van Chance. Inmiddels zijn de ideeën om ons heen veranderd. We realiseren ons steeds meer dat maatschappelijke problemen zich niet monodisciplinair aandienen. Binnen Avans zie je steeds vaker dat er oversteken worden gemaakt tussen disciplines en dat multidisciplinaire groepen binnen afstudeerateliers samenwerken. BRIL VAN EEN ANDER Voor studenten die het verschil willen maken, is interdisciplinariteit heel belangrijk. Je leert kijken door de bril van een ander. Je belicht vraagstukken van meerdere kanten en je kunt problemen ook met anderen oplossen. Het is goed dat je je eigen context MAATSCHAPPELIJKE PROBLEMEN DIENEN ZICH OOK NIET MONODISCIPLINAIR AAN “ Persoonlijk had ik al veel met multi- disciplinariteit. Ik ben onder meer opgeleid als meubelmaker, communicatieweten- schapper en product- ontwikkelaar. Lidwien Jacobs 18 weet te relativeren. Dat geldt overigens ook voor je eigen cultuur. Voor docenten en voor Avans is multidisciplinair onderwijs ook heel belangrijk. Docenten geven in de toekomst steeds vaker les over problemen die niet alleen over hun eigen vak gaan. Het is zaak dat die benadering vanuit meerdere begrippenkaders en verschillende achtergronden snel gaat groeien bij docenten die lesgeven in het hoger onderwijs. MASTERCLASS Om die multidisciplinariteit binnen Chance te garanderen, zijn we heel zorgvuldig met het plaatsen van studenten. In het eerste jaar was er bijvoorbeeld een module over verkopen. De eerste 10 aanmeldingen kwamen van commerciële economie. Voordat je het weet, geef je een masterclass verkopen, terwijl het juist de bedoeling is dat de deelnemers elkaar prikkelen omdat ze een andere achtergrond hebben. Dat ervaren ze vanaf dag 1. Vanuit docentperspectief liepen we er tegenaan dat docenten niet per se de verschillen tussen de studenten benadrukten. Terwijl daar nu juist de meerwaarde zit. Daarbij gingen de docenten uit van een bepaalde voorkennis. Ze zijn niet gewend uit te leggen met welke theorie zij werken. Bij de tweede editie heb ik erop gehamerd dat zij bij de start hun theoretische kaders inbrengen. Dan kunnen studenten met een andere achtergrond ook aanhaken. Als je met een gemixte groep werkt, mag je dat niet overslaan. Dat was gelijk een verbetering. Een laatste punt van aandacht was de informatievoorziening richting de studieloopbaanbegeleiders. Ik twijfelde of zij wel voldoende waren geïnformeerd om studenten onze kant uit te sturen. Tegenwoordig hangt Chance onder de Avans Extra paraplu. De informatie over ons programma is nu toegankelijker voor studieloopbaanbegeleiders. PERSOONLIJKE ONTWIKKELING Het belangrijkste element van multidisciplinair onderwijs vind ik de persoonlijke ontwikkeling van de student. Daarom moet bij de verdere ontwikkeling van dit type onderwijs binnen Avans, voor mij de vraag centraal staan op welke manier het bijdraagt aan de leerwinst van de student. CHANCE Start: 2016 Dit is het: Een extracurriculair programma bestaande uit verschillende modules of challenges met titels als De psychologie van de verleiding, Geluk is besmettelijk en Scoren als verkoper. Aantal studenten: 370, over 4 edities Aantal disciplines: Meer dan 20 Tips “Verzamel razend nieuwsgierige mensen die het leuk vinden om buiten hun eigen vakgebied te werken. En zet zo breed mogelijk in voor wat betreft het aantal disciplines. Betrek in ieder geval verschillende domeinen.” 19 Nicolle Nabben is docentcoach bij Student in Bedrijf. Ze is ook betrokken bij de organisatie van de Avans Multi- disciplinary eXperience. “Ik vind het een uitdaging onze studenten een stukje onderne- mender te maken. Daarmee bedoel ik niet dat ze een onderne- ming moeten starten, maar dat ze iets meer durven. Voor studenten aan de Academie voor Technologie van Gezondheid en Milieu blijkt dat soms heel lastig. Onze opleidingen leiden specialisten op. Daarom zijn onze studenten niet gewend om mee te denken in verschillende disciplines. Die vaardigheid komt goed van pas als ze gaan werken. Binnen Student in bedrijf werken tweedejaars studenten van AMBM, HRM, Accountancy en opleidingen in techniek in multidisciplinaire groepjes aan vraagstukken van externe opdrachtgevers. Dat doen ze met 3 tot 4 man 20 weken lang, 1 ochtend in de week. Ze moeten zelf contact onderhouden met opdrachtgevers, tussenrapportages schrijven en ze moeten hun opdrachtgever uitnodigen voor de eindpresentatie. Een voorbeeld: Een bedrijf uit Gorinchem zamelt afval in. Ze zoeken een nieuwe bestemming voor het houtafval. Daar willen ze ook meer aan verdienen. De opdracht voor de studenten is: Ga binnen de Benelux op zoek naar mogelijkheden voor dat houtafval. STUDIEPUNTEN Ik heb gemerkt dat het moeilijk is onderwijs te organiseren voor meerdere academies. Rooster technisch is het vooral lastig. Binnen de ATGM zijn curriculum aanvullende activiteiten in het leerplanschema opgenomen. Studenten mogen zelf bepalen hoe ze deze activiteiten invullen, maar dat geldt lang niet voor alle opleidingen. Als je het niet kunt onderbrengen onder die zogenaamde vrije studiepunten, dan moet je het meteen vastzetten in het leerplanschema. Verder was het niet altijd eenvoudig de juiste partner te vinden om iets mee op te zetten. De een wil het heel groot, de ander heel klein. Het hangt van de mogelijkheden van een academie af of je elkaar daarin kunt vinden. MISSCHIEN KOMT ER NIET ZOVEEL UIT ALS JE ZOU WILLEN 20 DINGEN OPPAKKEN Wil je als docent een bijdrage leveren aan dit type onderwijs, dan moet je dingen durven oppakken waarvan je van te voren niet precies weet wat eruit gaat komen. Je moet ermee kunnen omgaan dat er misschien niet zoveel uit je programma komt als je zou willen. Wat mooi is, is dat je binnen dit soort programma’s veel ervaring opdoet die je in het reguliere onderwijs kunt gebruiken. Ik kan nu bijvoorbeeld gemakkelijker praktijk- voorbeelden aanhalen omdat ik meer met vraagstukken bezig ben. THUIS VOELEN Ik denk dat een programma als Student in bedrijf eraan bijdraagt dat studenten zich sneller thuis voelen in hun eerste baan. Ze hebben geleerd een vraagstuk vanuit verschillende invalshoeken te bekijken. Ook een evenement als AMX helpt docenten buiten de kaders van hun eigen opleiding denken. Voor mijzelf is er ook persoonlijke winst. Ik ben niet iemand die zichzelf snel op de borst slaat, maar ik vind het wel steeds leuker te vertellen wat ik voor AMX heb gedaan. Daardoor durf ik mezelf binnen mijn opleiding ook steeds meer te profileren.” STUDENT IN BEDRIJF Start: 2014 Dit is het: Een programma voor tweedejaars studenten waarin multidisciplinair wordt gewerkt aan levensechte vraagstukken van externe opdrachtgevers. De groepjes komen 1 ochtend per week bij elkaar gedurende 20 weken. Het programma is sinds dit studiejaar gestopt. Aantal studenten: 50 per jaar Aantal disciplines: Minstens 4 Tips “Werk bij voorkeur met echte opdrachten. Denk van tevoren na over je doel. Wil je een multidisciplinaire ervaring meegeven of wil je een vraagstuk oplossen? Dat helpt je bij je planning en het managen van je verwachtingen. Kortlopende trajecten vragen meer creativiteit. Bij projecten die langer lopen is inhoudelijke begeleiding noodzakelijk. Maak de teams in beide gevallen niet te groot. Dan komt iedereen aan bod.” “ Ik vind het een uitdaging onze studenten een stukje ondernemender te maken. Daarmee bedoel ik niet dat ze een onderneming moeten starten, maar dat ze iets meer durven. Nocole Nabben 21 COMMUNITY BUILDING IS BELANGRIJK Paul Heise is docent binnen de Learning Communities van de opleiding Commerciële Economie. Hij verzorgt ook de Chance-module Scoren als verkoper. “Hbo studenten zijn geen academici. Ze hebben niet de behoefte de literatuur in te duiken, ze zijn hongerig naar praktijkervaring. Dat vinden ze in de Learning Communities. Studenten die in de eindfase van hun opleiding zitten, werken in multidisciplinaire projectteams aan zelf ingebrachte projecten bij bedrijven. Die opdrachten halen de studenten uit hun eigen netwerk. Er zijn 5 Learning Communities: Marketing, Sales, Marketing Communicatie, Marktonderzoek, Management & Organisatie. Die zijn specifiek voor het vakgebied Commerciële Economie. De projectteams bestaan uit 3 of 4 studenten, 1 docent en mensen uit de praktijk. Die laatsten zijn bijvoorbeeld salesmensen, marketeers of financiële experts. De multidisciplinariteit komt vanuit het bedrijf. De studenten worden verplicht een brede bril op te zetten. Ze moeten bijvoorbeeld de positionering van een bedrijf herzien, een marketingplan schrijven of marketing onderzoek doen. Wij 22 zien dat onze studenten in de praktijk boven zichzelf uitstijgen. Ze werken in het weekend door en zijn vaak nog laat aan de slag. Ze gaan door en door. Dat is de kracht van de Learning Communities en dat zie ik ook bij Chance. UITBREIDEN Deze manier van onderwijs bevalt zo goed dat we binnen de Academie voor Marketing en International Business (AMIB) hebben besloten het aantal uren van de Learning Communities uit te breiden. Het plan is om op den duur de gehele eindfase het karakter van een Learning Community te geven. Daarbinnen zijn docenten en studenten gelijkwaardig. Docenten zijn steeds bereikbaar en kunnen projecten bijsturen. Er worden dan geen ‘ouderwetse’ hoorcolleges meer gegeven. COMMUNITY BUILDING Binnen dit type onderwijs is community building belangrijk. Je moet elkaar leren kennen en waarderen als projectlid. Dat is ook een van de pijlers van de Chance-modules, oftewel het honour- sonderwijs. In de tweede en derde editie van Chance heb ik de module Scoren als verkoper begeleid. Die studentengroepen waren zo hecht, dat ze daarna contact hebben gehouden. En dat terwijl ze uit verschillende richtingen en jaargangen kwamen. Met 1 groep hebben we zelfs nog een keer gebarbecued bij mij thuis. POSITIEVE ERVARING Ook met Chance heb ik alleen maar positieve ervaringen. De groep studenten is gemêleerd. Sommigen hebben een achter- grond in de sales. Sommigen willen verder leren in de sales, anderen willen leren onderhandelen of hebben interesse in de psychologie van de verkoop. Iedereen heeft zijn eigen inbreng. Die verschillende achtergronden geven dynamiek aan het geheel. Linthonours Ik zou het leuk vinden om de groep studenten die deelneemt aan Chance blijvend te verbinden. Het is een groep die buiten hun vakgebied met anderen wil sparren. Het zou mooi zijn dat gedurende de opleiding vast te houden. We hebben intern gesproken over linthonours. Dat begint in het tweede jaar van je opleiding en gaat door tot en met het vierde. Samen verdiep je je in zaken die buiten het curriculum vallen. De Learning Communities bieden we het hele jaar door aan, in 4 blokken van 10 lesweken. Daarin kunnen we variëren. Het hoeft niet precies te passen in die 10 weken. Het was wel een hele klus om dat te implementeren in het curriculum, maar het heeft ons veel gebracht. Ik vind de Learning Communities het mooiste onderwijsconcept dat het hbo te bieden heeft.” 23 LEARNING COMMUNITIES Start: 2016 Dit is het: Een unieke onderwijsvorm waarbij studenten Commerciële Economie in multidisciplinaire teams samenwerken aan projecten bij bedrijven. Ook docenten en werknemers van de opdrachtgever maken deel uit van het team. Aantal studenten: Per Learning Community tussen de 12 en 16 studenten Aantal disciplines: Veel en divers. Het is moeilijk daar een aantal aan te hangen. De opdrachten variëren van enkelvoudige opdrachten op organisatorisch gebied tot specifieke marketingopdrachten met raakvlakken met andere learning communities, tot aan het reorganiseren van de complete marke- tingorganisatie Tips “Spreek studenten aan op hun nieuwsgie- righeid en leergierigheid. Laat ze begeleid los op echte projecten voor echte bedrijven. De eerste 5 weken hebben studenten behoefte aan duidelijke leiding. Daarna worden het snel zelfsturende teams. Bedrijven moeten eraan wennen dat een groep studenten opereert als een consul- tancy bureau en echt resultaat levert. Ga als docent mee naar de eerste afspraak. Door jouw aanwezigheid is de commitment vanuit het bedrijf groter. “ Wij zien dat onze studenten in de praktijk boven zichzelf uitstijgen. Paul Heise 24 Paul Walraven, was projectleider Interdisciplinary Consul- tancy. Hij is nu nog betrokken bij deze minor als docent en ontwikkelt daarnaast het Urban Living Lab. “Toen ik net bij het Ondernemerscentrum werkte, zag ik steeds vaker vragen binnenkomen vanuit het bedrijfsleven. Ondernemers wilden Avans bij hun vraagstukken betrekken maar werden steeds van het kastje naar de muur gestuurd. Bij een technische oplei- ding zeiden ze dan bijvoorbeeld dat ze niet verder konden helpen omdat er ook een stukje marketing nodig was. Daarom zijn we de kruisbestuiving gaan stimuleren. We wilden dat studenten ook eens bij een andere opleiding gingen kijken en andere ervaringen zouden opdoen. Binnen de minor Interdisciplinary Consultancy zetten we 4 tot 5 studenten van verschillende opleidingen bij elkaar. Als een soort consultancybedrijf zoeken ze samen naar een oplossing voor een bestaand probleem. INDIVIDUEEL DEELADVIES In week 2 van deze minor houden de opdrachtgevers een pitch. Studenten mogen dan een voorkeur aangeven voor een van de projecten. Wij bekijken welke opdracht welke kennis nodig heeft. Ze werken aan het groepsproject en maken daarnaast een individueel deeladvies op hun eigen vakgebied. Daarin kunnen ze laten zien wat ze kunnen. Binnen dit project vervul ik de rol van senior consultant. Ik begeleid 2 groepjes studenten. Zij zijn de junior consultants. We werken volgens het onderwijsconcept Virtual Action Learning. Daarin moet de student zelf aantonen dat hij de competenties beheerst waarvan wij vinden dat hij ze moet beheersen. Multidis- ciplinair werken is een van die competenties. ZELF ORGANISEREN De studenten zitten 2 dagen bij Avans, 2 dagen mogen ze zelf inrichten. Als er behoefte is aan een specifieke uitleg of training, organiseren ze dat zelf. De opdrachten zijn uiteenlopend. Duurzaamheid is een thema dat regelmatig terugkomt. Vorig jaar LEUK DAT ONS ADVIES WERKELIJK WORDT GEÏMPLEMENTEERD 25 wilde de gemeente Etten-Leur bijvoorbeeld advies over verlichting in het buitengebied. Het is dan leuk om in de krant te lezen dat dat ook werkelijk wordt geïmplementeerd. DICHTGETIMMERD We hebben nu 38 studenten van 18 verschillende opleidingen. Dat is nogal divers. Maar multidisciplinair onderwijs gaat niet vanzelf. Soms hebben studenten problemen met elkaar omdat de een minder gemoti- veerd is dan de ander. Of ze snappen elkaar niet. Het is zeker niet de makkelijkste weg, maar daardoor wel de leukste. Ik geloof niet dat de organisatie van Avans zich niet leent voor multidisciplinair onderwijs. De uitdaging zit hem meer in de curricula. Die zijn vaak dichtgetimmerd, daardoor is het lastig onderwijs met andere academies te ontwikkelen. Daarom hebben wij Interdisciplinary Consultancy ook ingericht als een minor. KAPSTOK In het algemeen zijn docenten enthousiast over multidisciplinair onderwijs. Een enkeling is huiverig, maar ik hoef zeker niet te leuren om docenten bij onze minor te betrekken. Integendeel. Onze docenten zijn nieuwsgierig en ze kunnen goed samenwer- ken. Zelf vind ik het ook een leuke vorm van onderwijs. Daarbin- nen leren wij ook van studenten. Ik vind het interessant om te horen hoe ze op andere academies werken en welke methodes ze daar gebruiken. Normaal hoor je daar niets over. Deze minor is een mooie kapstok om bedrijfsleven en onderwijs dichter bij elkaar te brengen. Dat is ook onze doelstelling: breng de school dichter bij de samenleving. Zo kunnen studenten ervaren hoe het er straks in hun werkende leven aan toe gaat. Ik ben nu ook bezig met de ontwikkeling van het Urban Living Lab. Binnen dit project werken we samen met de gemeente, het bedrijfsleven en de burgers van Breda. Samen gaan we innova- tieve oplossingen bedenken op het snijvlak van gezondheidszorg en technologie.” INTERDISCIPLINARY CONSULTANCY Start: 2011 Dit is het: Bij de minor Interdisciplinary Consultancy werken studenten in groepjes van 4 of 5 man aan een bestaand vraagstuk. Ze moeten een degelijk interdisciplinair advies geven. Aantal studenten: In 2018: 38 per semester Aantal disciplines: 18 verschillende opleidingen Tips “Organiseer multidisciplinair onderwijs rondom de inhoud, dan gaan mensen automatisch vanuit hun eigen discipline samenwerken.” 26 Stefan van Teeffelen coördineert samen met Ad Schenkels de Avans MD Incubator op Fort Isabella in Vugt. “Vroeger was Fort Isabella in Vught een vestingwerk. Vanaf 2015 wordt het gebied herontwikkeld en komen wonen, werken, recreatie en educatie er samen. Vorig jaar zijn we hier gestart als pilot. 12 studenten van 5 verschillende opleidingen werkten in afstudeerprojecten aan het thema: hoe kunnen we de mini- samenleving van Fort Isabella vormgeven door verschillende actoren op het terrein te verbinden? Afgelopen periode is er onderzoek gedaan naar positieve gezondheid vanuit de minor Active Ageing. Er wordt onderzocht of er mogelijkheden zijn voor een kinderboerderij voor allerlei doelgroepen op het terrein, waaronder mensen met dementie. En er lopen onderzoeken naar urban farming, integrale veiligheid en de verduurzaming van gebouwen. Binnen de context van die mini-samenleving is er een hoop te doen. MONODISCIPLINAIR Op Fort Isabella bieden we plaats aan monodisciplinaire projecten. Iedereen werkt aan de ontwikkeling van die mini-samenleving. Binnen dezelfde context giet je daar vrij eenvoudig een MD-sausje overheen. We komen periodiek bij elkaar in intervisiebijeen- komsten. Zo leren de studenten elkaars vakgebieden kennen en ze kunnen hun expertise inzetten om anderen verder te helpen. Toen een studente bijvoorbeeld vertelde dat ze bezig was met een plan voor moestuintjes op de daken, kwam de student Integrale veiligheid direct met een paar tips. SOEP VAN STUDENTEN Bestaande curriculumonderdelen verbinden we binnen de context van Fort Isabella. We zijn allemaal bezig dat terrein verder te ontwikkelen. Het is een grote soep van studenten. De ene student loopt er een half jaar rond voor een stage, de ander een paar dagen voor een project. Het is niet de bedoeling dat de opleidingen zich gaan schikken naar ons concept. Wij bestaan, opleidingen kunnen vragen toevoegen. Meestal gaat dat precies andersom. JE MÓET WEL OVER ELKAARS VAKGEBIED HEEN KIJKEN 27 We zijn het concept nog volop aan het ontwikkelen. Daarin zijn we al de nodige hobbels tegengekomen. Die hebben zelden te maken met de inhoud, het gaat meestal om prak- tische zaken. Zo viel het bijvoor- beeld niet mee om een kantoorruimte te boeken op dit terrein. En het was ook wat lastig budget te krijgen voor dit project. Als je iets gezamenlijks wilt organiseren, dan loop je er snel tegenaan dat academies allemaal hun eigen werkwijze hebben. Ik geloof niet dat je dat moet uniformeren, dan haal je alle kracht uit de academies. Ik denk wel dat je een mindset moet hebben waarbij je de teugels iets meer laat vieren. En dat je minder bang voor accreditatie- eisen moet zijn. Fort Isabella in Vught “ Nu hoor ik van studenten welke methodes zij gebruiken op hun academie. Soms denk ik: ‘Wow, dat is geniaal. Waarom weet niet iedereen dit?’ Stefan van Teeffelen 28 GENIAAL Voor mij persoonlijk is het super verrijkend. Als je wilt werken in multidisciplinair onderwijs moet je een open blik hebben en breed georiënteerd zijn. Dat ben ik. Ik kom uit het sociale domein, maar kan ook meepraten over apps en bouwzaken. Op Fort Isabella heb ik contact met verschillende studenten en ik leer inhoudelijk. Nu hoor ik van studenten welke methodes zij gebruiken op hun academie. Soms denk ik: ‘Wow, dat is geniaal. Waarom weet niet iedereen dit?’ Belangrijker is dat dit soort onderwijs ook impact heeft op de samenleving. Dat gaan we steeds meer zien. We willen in de toekomst graag een menswaardige samenleving creëren, dan móet je wel over elkaars vakgebied heen kijken. Om maar eens iets te noemen: Hoe een wijk wordt ingericht, bepaalt of mensen met elkaar in contact komen. JONGERENCENTRUM Ik herinner me een multidisciplinair project waarbij een student accountancy en een student sociaal werk samen moesten werken. Ze moesten naar een jongerencentrum, voor de laatste is dat bekend terrein, maar die student accountancy wist niet wat hem overkwam. Dat is goud. Als je je werk vanuit een ander perspectief kunt inrichten, kun je meerwaarde creëren. Een accountant kan uitrekenen wat het oplevert als een drugsspuit wordt opgeruimd in de speeltuin. Dan heb je het over sociaal rendement. Hier kunnen ze met dat soort zaken oefenen.” AVANS MD INCUBATOR Start: 2017 Dit is het: Binnen de kleinschalige samenleving van Fort Isabella voeren studenten uit alle windrichtingen opdrachten uit die binnen het curriculum van hun opleiding passen. Aantal studenten: 12 bij aanvang, op dit moment zijn er 25 studenten actief Aantal disciplines: 5 bij aanvang, de komende periode groeit dat naar 10 Tips “Begin onderaan met ontwerpen, sluit aan bij mogelijkheden en bouw van daaruit verder. Durf scherp aan de wind te zeilen. Blijf binnen de kaders, maar wees af en toe een beetje stout. Je kan beter achteraf op je falie krijgen dan dat je je aan de voorkant laat belemmeren.” 29 Wenke Vogelaar is projectleider van Avans Multidisciplinary eXperience (AMX). De eerste editie vond plaats van 29 oktober tot en met 2 november. “Het is onmogelijk om in 1 week te leren hoe je multidisciplinair samenwerkt. Daarom noemen we deze week ook een leererva- ring. We willen studenten laten ervaren dat multidisciplinair samenwerken nieuwe, onverwachte inzichten kan opleveren over jezelf. En dat je met elkaar tot verrassende oplossingen komt voor een opdrachtgever. De Avans Multidisciplinary eXperience is opgezet vanuit het Avans Ondernemerscentrum. Daarbinnen hebben we veel ervaring opgedaan met multidisciplinair samenwerken en het werken aan vraagstukken van externe opdrachtgevers. Tijdens de AMX-week gaan studenten aan slag met complexe vraagstukken. Veel bedrijven vinden het een heel bruikbaar en creatief concept. Een stagiair of afstudeerder hebben ze een half jaar in huis. Dat is wel eens een hobbel. Nu investeren ze een week, daarin begeleiden ze 3 teams van studenten. Aan het einde van de week hebben ze 3 concepten voor hun eigen case. LEERPROCES Multidisciplinair onderwijs is meer dan leren samenwerken in een team. Dat gebeurt tenslotte ook volop binnen de eigen opleiding. Natuurlijk gaat het over kennisoverdracht en over het leren van elkaars vakgebied, maar het is meer dan dat. Studenten leren ook andere, nieuwe vaardigheden van elkaar. Zo leert een student Werktuigbouwkunde hoe hij moet pitchen van een student Bedrijfskunde. En een student Chemie leert van een student Commerciële Economie hoe hij een vraagstuk aanpakt. Tot slot leren studenten meer over hun rol in een team. Sommige mensen zijn van nature voorzitters, anderen opereren meer op de achtergrond. Binnen een multidisciplinaire setting ontdekken studenten nieuwe talenten van zichzelf en nemen ze ook makkelijker andere rollen aan. Kortom, binnen zo’n AMX-team leren ze van elkaar. En dan is het de bedoeling dat ze een keer niet de dingen doen die ze al kunnen. ANDERE DIMENSIE In deze editie deden studenten economie en techniek mee. Ik had daar ook graag studenten uit het sociale domein bij gehad, maar SAMENWERKEN TOETSEN IS LASTIG 30 die hebben gekozen voor een eigen, multidisciplinair traject. Dat is jammer, want zij voegen een andere dimensie toe aan een team. Ook de docenten uit het sociale domein had ik goed kunnen gebruiken. Zij zijn gewend om te sturen op het proces en minder op de inhoud. Dat is belangrijk in multidisciplinair onderwijs. Een goede docent binnen dit type onderwijs heeft uitstekende gesprekvaardigheden. En hij kan luisteren en coachen. Studenten moeten zelf achter de oplossing komen. De docent begeleidt ze, maar geeft geen antwoorden. Verder is hij flexibel en hij heeft oog voor de verschillende individuen. In deze setting leren docenten ook veel van elkaar. Een docent bedrijfskunde is echt een andere type dan een docent werktuig- bouwkunde. Zij begeleiden de studententeams op hun eigen manier. De ervaring die zij opdoen in de AMX-week, nemen ze mee naar het reguliere onderwijs. HINDERNIS De grootste hindernis voor de AMX-week is de manier waarop Avans is georganiseerd. Avans is ingericht in academies en opleidingen. We hebben een andere organisatie nodig als we multidisciplinair onderwijs tot bloei willen laten komen. Als projectleider organiseer ik een project voor 10 verschillende opleidingen, maar ik kan niet in alle systemen. Ik moet er maar op vertrouwen dat mensen zijn ingeroosterd en dat studiepunten worden toegekend. Het is niet echt efficiënt dat we verschillende systemen kennen voor praktische zaken. Gelukkig heb ik daar hulp bij gekregen van ambassadeurs in de opleiding. Wat ook lastig is, is het toetsen. Multidisciplinair werken gaat over samenwerken. Hoe toets je zoiets? En wat maakt het anders dan gewoon samenwerken? Hierover bestaan wetenschappelijke artikelen maar een praktische invulling heb ik nog niet gevonden. MEGA-GAAF Als je multidisciplinair onderwijs goed wilt aanpakken, moet je ook je docenten klaarstomen. Voor de AMX hebben we docentprofielen gemaakt, maar we leiden ze niet op. Daar komen we straks niet meer mee weg. Binnen multidisciplinair onderwijs zijn docenten echt begeleider en coach. Zij zorgen ervoor dat iedere student tot zijn recht komt. Er is, kortom, nog een hoop werk te verzetten. Los daarvan is AMX een mega-gaaf project.” “ Binnen een multi- disciplinaire setting ontdekken studenten nieuwe talenten van zichzelf en nemen ze ook makkelijker andere rollen aan. Binnen zo’n AMX- team leren ze van elkaar. En dan is het de bedoeling dat ze een keer niet de dingen doen die ze al kunnen. Wenke Vogelaar 31 AVANS MULTIDISCIPLINARY EXPERIENCE Start: 2018 Dit is het: Een projectweek waarin derde- en vierdejaars studenten in multidisciplinaire teams samen- werken aan oplossingen voor vraagstukken van externe opdrachtgevers. 3 teams werken steeds aan hetzelfde probleem. Aantal studenten: 650 Aantal disciplines: 10 Tips “Realiseer je dat het ontwikkelen van multidisciplinair onderwijs veel tijd kost. De meeste tijd gaat zitten in het overtuigen van mensen en het afstemmen van praktische zaken met de opleiding. Zorg dat je back-up hebt vanuit de directie en de opleidingscommissie.” 32 1819109 CONTACT Avans Ondernemerscentrum 088 - 525 77 37 of ondernemerscentrum@avans.nl Voor nadere informatie stuur een e-mail naar ljm.jacobs@avans.nl COLOFON Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch, 2018 Redactie: Lidwien Jacobs, Raquel Mourik Coördinatie: Karien Amsterdam Ontwerp: Dienst Marketing, Communicatie en Studentenzaken Gebruik onderstaande bronvermelding als u citeert uit deze publicatie: Jacobs, L., & Mourik, R. (Reds.). (2018). 1 + 1 = 3!: 11 verhalen over multi- en interdisciplinair onderwijs. ’s-Hertogenbosch: Avans Hogeschool.
i-Flipbook aan het laden